Algenproductie voor biobrandstof niet duurzaam

Zondag 8 maart 2015

Terwijl de eerste generatie biobrandstoffen het milieu vernielt en de voedselprijzen de hoogte injaagt, staat de tweede generatie klaar om het allemaal nog erger te maken.
Sinds het duidelijk is geworden dat ethanol en biodiesel gemaakt uit voedingsgewassen meer kwaad dan goed doen, is de hoop voor het vinden van een substituut voor olie verschoven naar algen en cellulose-ethanol, maar ook dit is geen alternatief. Als we de voorstanders van deze “tweede generatie” mogen geloven, zullen deze brandstoffen veel meer energie leveren zonder dat ze een gevaar vormen voor de voedsel- en watervoorraden op aarde. Maar dat is moeilijk te geloven. Het ziet er zelfs naar uit dat brandstof uit algen en cellulose nog grotere problemen zal veroorzaken dan de eerste generatie “groene” brandstoffen.
Hoog tijd voor een onderzoek.

Een paar jaar geleden werden biodiesel en ethanol nog door zowat iedereen toegejuicht als een groen alternatief voor olie. Vandaag realiseert bijna iedereen dat het een dwaas idee is. Verschillende studies, zie hieronder, hebben intussen bevestigd dat het evenveel of meer energie kost om biobrandstoffen te produceren dan dat ze opleveren. Dat komt omdat de gewassen moeten worden geplant, bemest, geoogst, getransporteerd en naar brandstof worden omgezet – allemaal processen die fossiele brandstof vragen.

Algenkwekerij-in-de-woestijn

Voorstel voor het kweken van algen in de woestijn. Waar de honderden miljoenen liters brak of zout water en miljoenen tonnen voedingsstoffen vandaan moeten komen wordt in het voorstel niet vermeld. Bij dit soort kwekerijen wordt minstens net zoveel water verbruikt als bij een gemiddelde schaliegas boring en daar protesteert men wèl massaal tegen het waterverbruik. Waarom hier niet? (Klik op de afbeelding voor een vergroting)

De National Research Council in de VS doet onderzoek

Het is niet duurzaam om op grote schaal biobrandstoffen te vervaardigen uit algen. Dat meldt de nationale wetenschapsraad, de National Research Council in de VS. Daarmee vertellen de Amerikanen natuurlijk niks nieuws, maar ze doen het wel op een gezaghebbende manier.

Het rapport was besteld door het Amerikaanse ministerie van Energie (DoE), dat in een ver verleden veel geld in algenbrandstofonderzoek heeft gestoken maar al in 1996 de moed opgaf. De National Research Council, één van de Amerikaanse academies van wetenschappen, heeft een commissie van 15 experts op het onderwerp gezet. Die zetten alle bestaande algenkweektechnieken op een rij. En de conclusie luidt dat ze simpelweg nog niet efficiënt genoeg zijn om – bijvoorbeeld – 39 miljard liter brandstof per jaar te produceren, zijnde 5 procent van de Amerikaanse behoefte aan transportbrandstoffen.

Wanneer algenbrandstof 5 procent van de brandstofmix zou gaan uitmaken zou de productie een enorm beslag leggen op energie, water en voedingsstoffen zoals fosfor, CO2 en stikstof.

Om 39 miljard liter algenbrandstof te maken, dus 5 procent van de brandstofmix te vervangen, is tevens 6 tot 15 miljoen ton stikstof en 1 tot 2 miljoen fosfor nodig, wanneer de nutriënten niet kunnen worden hergebruikt. Dat betekent dat het verbruik van stikstof in de VS met 44 tot 107 procent zou toenemen en het verbruik van fosfor met 20 tot 51 procent.

Het vinden van locaties voor algenproducties vlakbij leveranciers van deze stoffen is volgens de raad lastig. Een van de grootste struikelblokken lijkt de behoefte aan water te worden. Afhankelijk van het proces heb je 3150  tot 3650 liter water nodig voor één liter brandstof, dus minstens 123 miljard liter voor die 5 procent bijmenging en waarschijnlijk nog veel meer.