Maandag 23 juli 2018

Een gastbijdrage van Jeroen Hetzler

Opstand van de natuur

Dit is de titel van een uiterst intrigerende boek van Philipp Blom over het dieptepunt van de Kleine IJstijd. Dit was de periode van 1570 tot 1650 waarin zeer strenge vorst heel Europa in een ijzige greep had tussen november en april. Zie hier: in 1594 vroor zelfs de haven van Marseille dicht. Het waren jaren geteisterd door grote weersextremen die extremen na 1850 verre in de schaduw stelden. Complete oogsten werden verwoest jaar in jaar uit door korte zomers, droogte, hagel of langdurige regen. De graanprijzen stegen en er braken steeds meer oproeren uit. De Theems lag vele winters zo dichtgevroren dat er jaarmarkten en festivals op het ijs werden gehouden. De zon verzwakte, zoals werd beschreven. De toen 50 jarige monnik Wouter Jacobsz vluchtte voor de geuzen in 1572 van Gouda naar het katholieke Amsterdam. Voorbij Haarlem in januari 1575 zag hij een jonge vrouw tegen een boom gezeten die haar kind zoogde. Zij echter was doorgevroren. Dit zijn maar enkele voorbeelden van de onvoorstelbare kou die Europa, en grote delen van de wereld, in een ijzige greep hield. Dit luidde een periode van grote omwentelingen in zowel maatschappelijk, economisch, technisch en wetenschappelijk.

De elkaar op leven en dood rivaliserende oude (katholicisme) en nieuwe (protestantisme) religieuze ordes probeerden verklaring te vinden voor al die niet aflatende rampen. Beide religies denken vanuit hetzelfde collectieve beginsel namelijk straf van God, ergo menselijke schuld. Maar de vraag is wie precies is schuldig? Wij zondige mensen als collectief in de ogen van God? Het groepsdenken is geboren, maar is onvoldoende, want niemand vindt het prettig mogelijk aansprakelijk te zijn voor al die ellende. Dan rest de oeroude zondebok. Toen was dat de heks, verantwoordelijke voor hagelbuien, veepest, misoogst, kou, storm etc. Thans berust de zonde van de mens op het gebruik van fossiele brandstoffen –wat de zonde is van kernenergie….?-. De hedendaagse zondebok is CO2. De mens heeft dus de kans heeft zich van zijn onmetelijke schuld te verlossen door uitbanning van CO2 zoals ooit de zondebok. Anders straft de natuur ons met verschrikkelijke rampen. Nelleke Noordervliet schreef hier een prachtige column over. Zie hier. Citaat: Ik ben volwassen geworden voordat de Club van Rome de alarmbel luidde en iedereen de stuipen op het lijf joeg met de mededeling dat het nog maar dertig jaar zou duren en dan was alles op. We zitten nu al bijna twintig jaar in blessuretijd. Onze frivole onschuld van toen staat in schril contrast met het loden schuldbewustzijn van nu. Dat betreft niet alleen het klimaat, dat betreft alles wat fout gaat.

Je kunt niets meer eten of je krijgt er hart- en vaatziekten dan wel kanker van – is dus je eigen schuld, je kunt je niet meer verplaatsen of je laat een enorme CO2-footprint achter als een in de eeuwigheid stinkende drol, iedere warme douche doet nog een beetje extra ijs op de poolkappen smelten. Levensvreugde is je mondjesmaat vergund in je onbespoten volkstuin, die je lopend of fietsend bereikt. Telkens wanneer we in een vliegmachien stappen moeten we met gebogen hoofd door een virtuele haag misprijzende schanderoepers. Wat voor wereld laten we achter voor onze kinderen en kleinkinderen?

En hup, daar buigen we weer diep het hoofd onder de verontwaardiging van het ongeboren nageslacht. En dan zul je ook nog maar witte, middelbare man zijn, die per definitie vrouwen verkracht en racist is.

Dit lijken mij verstandige vaststellingen.
Zo zijn er dus de parallellen. Er zijn echter ook intrigerende verschillen.
Het klimaatbeleid van de jaren 1589 tot tenminste 1650 bestond uit het doodmartelen en verbranden van heksen, alsmede pogingen om met wijwater, processies en gebeden de oprukkende Alpen-gletsjers, extreme hagelbuien, extreme koude, droogte etc. tegen te houden. Men kan de onjuist gebleken hockeystick van Mann beschouwen als hedendaagse vervanger van de Heksenhamer van de inquisiteur Heinrich Kramer, het handboek voor de heksenvervolging i.c. menselijke CO2-emissie. Beide berusten op verkeerde wetenschap en/of onjuiste toepassing ervan. Het valt moeilijk te ontkennen dat deze laatste (CO2)-vervolging speerpunt is van het hedendaagse klimaatbeleid.
Wat voorts aan het boek zo opvalt, is dat er sprake is van observaties die in duizenden verslagen en schilderijen zijn terug te vinden, ook gedocumenteerde observaties van de Middeleeuwse Opwarming zijn ruim voorhanden. Dit staat in schril contrast tot ons hedendaags klimaatbeleid dat immers berust op speculaties o.b.v. de inmiddels weerlegde AGW-hypothese (Anthropogenic Global Warming; door de mens veroorzaakte catastrofale opwarming).

Brachten toen de weersextremen, hongersnoden en ziektes mede maatschappelijke, economische, technische en wetenschappelijke vernieuwende ontwikkelingen teweeg, thans is sprake van een tegenovergestelde ontwikkeling. Er doen zich immers geen rampen of toegenomen weersextremen voor, integendeel. De rampen die de afgelopen 45 jaar zijn geprognosticeerd, zijn geen van alle uitgekomen; dezelfde soort rampen en weersextremen die op grond van dezelfde (IPCC) uitgangspunten zijn geprognosticeerd zijn gebaseerd op dezelfde invalide modellen zoals hindcasting aantoont. Zie hier. Ergo, anders dan toen, wordt gepoogd grote maatschappelijke en economische ontwikkelingen af te dwingen en onze leefwijze te kneden naar een vóóraf bepaald planeconomisch doel door inzet van inferieure technieken (windmolens, zonnepanelen en biomassa), en gefaalde modellen. Kortom:het klimaatbeleid van nu is gebaseerd op een hersenschim i.t.t. het ‘klimaatbeleid’ van toen o.b.v. tenminste observaties en feiten. Ik denk daarom dat onze maatschappij snel naar maatschappelijke en economische ineenstorting aan het afglijden is naar Lysenkoïsme. Ten bewijze: qua wetenschappelijke excommunicatie van sceptici zijn wij terug bij 350 jaar geleden. Toen dacht men, had God de macht over het klimaat. Thans proberen klimaatwetenschappers ons wijs te maken dat zij de macht over het klimaat hebben gevonden, mits wij doen wat zij (IPCC) ons decreteren. Ergo: geen macht over het klimaat, maar macht over de wereldgemeenschap. Toen ontstond de VOC, thans het Eco Industrieel Complex. Wat de Kleine IJstijd niet teweeg bracht, belooft de Klimaatwet wel te kunnen. Voorbeeld: de kosten bedragen zeker € 600 miljard. Zie hier. Het klimaatbeleid met processies, wijwater en heksenverbranding van 350 jaar geleden was een stuk goedkoper, maar net zo min effectief als de Klimaatwet pretendeert.

Ik herhaal daarom maar weer: Ceterum censeo Legem Caeli delendam esse.